Terwijl het Saharazand boven de Achterhoek neerdwarrelde, mocht ik woensdagavond in museum STAAL in Almen vertellen over A.C.W. Staring en diens gedicht annex toneelstuk voor twee: ‘De tuchtiging der Algerijnen’. Terug naar een paar oorlogen geleden, in de oogstmaand van 1816, om precies te zijn. Een van de teruggekeerde Achterhoekse strijdmakkers doet zijn verhaal. Staring schreef de tekst in het dialect, een taal die hij ‘Boeren-Zutphens’ noemde. Leven en werk van de Geldersche dichter-landman (1767-1840) kwam aan bod als onderdeel van de Cursus Achterhoeks, opgezet door Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers. Daarbij zijn ook prominenten als Hans Keuper en Henk Lettink betrokken. Woensdag was dat Arend Heideman, hij gaf inzage in de biografie van Hendrik Willem Heuvel, die net als Staring in het algemeen Nederlands schreef, maar in wiens geschriften – waaronder Oud Achterhoeksch Boerenleven (1926) toch veel dialect opduikt.
De cursus in november was snel volgeboekt, vandaar de nieuwe ronde nu. Mogelijk komt er in de herfst een derde. De belangstelling is verrassend groot, zowel bij geboren Achterhoekers als bij nieuwkomers.
Staring is een van de dichters die blijvend is voorzien van initialen, net als bijvoorbeeld Annie M.G. Schmidt of H.C. ten Berge. A.C.W. staat voor Antoni Christiaan Wynand. Woensdag stond het voor ‘Achterhoekse Cursus Waardevol’, of, meer in het algemeen: ‘Achterhoekse Cultuur Waardevol.’